Oproep stijgende werkgeverslasten: nu de Eerste Kamer aan zet

20 maart 2024

In de Nieuwsbrief van 7 maart jl. stond een gezamenlijke oproep van verschillende brancheorganisaties, waaronder HISWA-RECRON, aan de Tweede Kamer om tot verlaging van de werkgeverslasten te komen. Een eerste stap daarin zou zijn om de voorgenomen extra verhoging van het Wettelijk Minimum Loon van 1,2% per 1 juli a.s. achterwege te laten. Inmiddels heeft de 2e Kamer toch ingestemd met deze verhoging.

Dit betekent dat het WML per 1 juli a.s. naast de reguliere verhoging nog eens met 1,2% extra stijgt. De verwachting is dat de reguliere verhoging en de extra verhoging samen per 1 juli a.s. ca 4,3% zal bedragen. Eind april is dit bekend. Het Wettelijk Minimum Uurloon stijgt daarmee van € 13,37 naar € 13,84 bruto per uur. Op 1 juli 2022 was het WML bruto uurloon voor een 21 jarige bij een werkweek van 38 uur nog € 10,67. Dit betekent een stijging van een kleine 30% in 2 jaar tijd. Het WML wordt daarmee steeds vaker onderdeel van het reguliere loongebouw en verkleint het verschil met de hogere schalen.

VVD, BBB, CDA, FvD, SGP en Ja21 stemden tegen de verhoging. Gezamenlijk hebben deze tegenstemmers in de Eerste Kamer een meerderheid. Om die reden zullen de brancheorganisaties de fracties van deze partijen in de Eerste Kamer een extra aansporing sturen om tegen te stemmen. Dat zullen we doen als reactie op onze eerdere gezamenlijke oproep aan hen.

Ondanks het feit dat NSC en D66 voorstemden, deden zij een duidelijke oproep aan het (nieuwe) kabinet om de werkgeverslasten te verlagen. De zorgen over de almaar stijgende lasten is in ieder geval bij een aantal partijen goed overgekomen. Nu zal het (nieuwe) kabinet dit moeten laten zien in de nieuwe Voorjaarsnota. Als de wet wordt weggestemd in de Eerste Kamer, scheelt dit een forse lastenverzwaring voor het bedrijfsleven.

 

Terug naar overzicht